David Crunch verhief zich van zijn massief houten bureau en liep naar het dubbele paar openslaande deuren, recht tegenover de hal. Op het terras was een voorzichtige namiddagzon gearriveerd. Crunch stak zijn massieve hoofd buiten en stelde vast dat de temperatuur niet tegenviel. Verwijlde een poos bij het uitzicht op zijn gazon in de Londense buitenwijk. Dit terrein had hij een jaar eerder laten ombouwen tot een privégolfbaan. Om de gehele woning kon hij de holes zien met hun vrolijke vlaggetjes, de greens, de al dan niet glooiende banen met hun vijvers hier en daar, hun zandbakken. Het waren evenzovele aanjagers van ergernis gebleken voor zijn Mathilde. Dat zijn werk sinds zijn CEO-schap te hectisch was geworden om op elk moment naar de golfbaan te kunnen rijden, ze had er geen begrip voor getoond.